‘s Ochtends heb ik welgeteld veertig minuten om me klaar te maken. De wekker loopt af om 7u en om 7u40 trek ik de voordeur achter me in het slot. Tien minuten later zit ik, als alles goed gaat en de allerliefste vakbonden van het spoort niet staken, op de trein. Veertig minuten, dat is niet veel, maar genoeg. Ik weet exact wat ik wanneer moet doen en heb dus een routine die werkt. Of ochtendautisme zoals we die routine hier liefkozend noemen. Opstaan, wassen, aankleden, eten, boterhammen smeren voor lunch, tanden poetsen,… Ik weet intussen hoe lang alles duurt. Het Vriendje weet al langer hoe de vork aan de steel zit en laat me mijn ding doen zo ‘s ochtends. De twee katten daarentegen, die moeten dat nog een beetje leren.
Maandagochtend had ik dan ook meteen prijs met het onvoorspelbare gedrag van onze nieuwe oogappeltjes. Ik begroette de twee met wat aaitjes op de overloop en liep naar beneden. In de keuken haalde ik het beleg uit de koelkast en ging vervolgens aan tafel zitten om mijn boterhammetjes te smeren. Het was toen dat ik Vince in de hoek, recht in mijn zicht, zag bukken en zijn oogjes langzaam zag samenknijpen. Een dun straaltje pis druppelde over de vloer en vormde een behoorlijke plas. Ge-fokkin-weldig. Drie dagen was Vince bij ons en geen enkel ongelukje. Geen enkel. Niets. Nada. Noppes. Zeer zindelijk kereltje. Tot op maandagochtend, natuurlijk. Die ene ochtend van de week waarop mijn ochtendautisme hoogtij viert.
Gisterenavond hadden we Vince verdacht veel brokken zien schrokken en ik had nog tegen Het Vriendje gezegd: “Die gaat vannacht kotsen, als hij zo blijft vreten, mark my words”. Toen ik wakker werd deze ochtend was het niet bepaald mijn eerste reactie om even te checken of Vince zijn maaginhoud ergens op de vloer was beland. Mijn eerste reactie was eigenlijk eerder iets in de aard van: “Eindelijk vrijdag, morgen weekend. Oef,”. Maar toen ik beneden kwam en mij aan tafel zette om boterhammetjes te smeren, merkte ik dat mijn voet uitgleed in een glibberige substantie. Thank god voor mijn rare ochtendautisme, want ik doe meteen mijn schoenen aan als ik mij aankleed. Anders had ik met mijn blote voeten in een hoopje kots rond gegleden. Jawel. Maar tegenover maandag reageerde ik al een pak rustiger. Huishoudpapier, schoen afkuisen, vloer kuisen, Vince eens vragen of hij dat alsjeblieft niet meer wilde doen en daarna verder gaan met het boterhammetjes smeren.
Yup yup. Ik leer bij. En hopelijk leren de katten ook bij. Hopelijk.
Maar ik vrees er een beetje voor.
Ik bewonder je optimisme over de medewerking van poezen… Ons exemplaar doet braaf wat ze mag als we er zijn… maar eens de deur achter ons dicht gaat 😉
Fijn, fijn, jonge katjes in huis.
Misschien kun je ‘s avonds de brokken gewoon wegnemen. Van honger zullen de schatjes niet omkomen en overgeven is nu ook niet zooo gezond (noch voor de kat in kwestie, noch voor het ochtendautistische baasje)
Onze ‘schat’ legt soms de trofeeën op de badmat: muizen of wat er nog van overblijft, een konijn met afgeknaagde poot, een hele rat,… ook een ge(…)weldige begroeting voor de eerste badkamerbezoeker met slaapogen!
Sjah, dat komt er bij bij kittens. Wij hadden eentje dat na een paar weken zinlijkheid plots in dozen en rugzakken begon te plassen. Extreem tof vond ik dat. Wat ze trouwens wel heel snel leren is het uur waarop ze eten krijgen, al zijn ze een uur op voorhand altijd al heel hoopvol dat eens vroeger gaat komen. 😛
Wat herkenbaar! Bij het schrokken kan je er naast gaan zitten om af en toe het bakje weg te halen of af te dekken zodat hij ‘rustig’ doorslikt. En als je het echt moeilijk wilt maken: er zijn speciale voerbakjes waar ze meer moeite moeten doen voor elk brokje en daarmee rustiger eten. Maar vooral: geniet van die leuke viervoeters!