“Hoe waren de examens?”

Ik weet niet helemaal waaraan het ligt, maar ik ben blijkbaar zo één van die mensen die extreem aanspreekbaar is. Je weet wel, zo iemand waar vreemden standaard de weg aan gaan vragen of een praatje mee slaan. Ik zie er waarschijnlijk te vriendelijk en onschuldig uit of zo. Wie zal het zeggen. Dat extreem aanspreekbaar zijn zorgt soms voor zeer grappige situaties en soms ook voor behoorlijk ongemakkelijke situaties.

Of het nu door die bolle buik komt, ik weet het niet, maar ik lijk nog aanspreekbaarder te zijn dan anders. Met alle gevolgen van dien. Zo heb ik laatst een man van Indische of Pakistaanse afkomst in de supermarkt geholpen met het uitzoeken van de juiste maandverbanden voor zijn vrouw. That happened. En daarna hebben we een fijn gesprek gehad in de rij aan de kassa, want dat moet ook kunnen natuurlijk.

En vorige week werd ik aangesproken door één van mijn favoriete onbekenden. Ik wandel vaak door de gemeente waar we wonen: naar de bibliotheek, de supermarkt, de bakker, het treinstation,… Alles doe ik te voet. Daardoor herken je na een tijdje nog een aantal dorpsgenoten. Eén van hen is een oudere man die ik “de professor” heb gedoopt. Vraag me niet om te schatten hoe oud hij is, want ik ben een ramp met leeftijden. Ik vermoed dat hij al voorbij de zeventig is, maar ik ben uiteraard niet zeker.

Hij heeft spierwit haar en een hele eigen manier van stappen, alsof hij nadenkt over iedere stap die hij zet. Het lijkt gewoon alsof hij altijd diep in gedachten verzonken is. Vreemd genoeg vind ik het heel rustgevend om hem te zien wandelen. Vaak zie ik hem rondlopen met een zakje van de plaatselijke boekhandel. Hij draagt niet zo zeer een net pak, maar is altijd wel netjes gekleed en goed verzorgd. Op de één of andere manier ben ik hem door dat plastic zakje en zijn gehele uitstraling “de professor” gaan noemen.

Vorige week woensdag, op mijn verjaardag, kwam ik hem tegen ter hoogte van het dorpsplein. Ik wilde hem doorlaten omdat het een vrij smal voetpad was en hij een caddy achter zich aantrok. We maakten oogcontact en er verscheen een stralende glimlach op zijn gezicht. Hij zei vriendelijk “hallo” en uiteraard begroette ik hem terug, want ik ben goed opgevoed. “Hoe waren de examens?” vroeg hij daarna. Ik viel even compleet uit de lucht en zei hem dat ik al een paar jaar geen examens meer had gehad. We hadden een kort gesprek, waardoor ik me bedacht dat hij me waarschijnlijk verwarde met iemand anders. Een oude student of leerling van hem misschien?

Na ons gesprek liep ik met de grootste glimlach ooit terug naar huis. Hoe groot is de kans dat iemand die je “de professor” hebt gedoopt, zijn eerste zin tegen jou: “Hoe waren de examens?” is. Ik zag er in ieder geval de humor van in en zag het als een klein kadootje op mijn verjaardag.

10 thoughts on ““Hoe waren de examens?”

  1. Geweldig! Zelf zou ik trouwens gecharmeerd zijn mocht iemand in mij nog een jonge studente zien 🙂

  2. Fantastisch verhaal! Ooit vroeg iemand me tijdens een plechtige communiefeest van een vriendin (zij was 12, ik 16) of we samen onze communieviering hadden gedaan… Daar kon mijn tienerego toch niet mee lachen toen… 😀

  3. Van dit soort toevalligheden wordt je gewoon vrolijk. Ik vind het zelf ook geweldig wanneer manlief en ik op exact hetzelfde moment een identieke reactie uitspreken op iets dat we zien/horen/lezen/…

Comments are closed.