Ik ben nooit een grote fan van wandelen geweest. De gezinsvakanties naar Zwitserland waar we mee moesten gaan wandelen in de bergen staan nog in mijn geheugen gegrift. Om nog maar te zwijgen van die eindeloze wandelingen tijdens de pandemie. Ugh. Maar ik deed altijd wel veel te voet, dus toen ik vorig jaar aan mijn fitnessavontuur begon en me ook voornam om iedere dag tienduizend stappen te zetten, was dat geen al te grote… stap.
Een treinstapper: wat voor een beest is dat?
Langzaam maar zeker begon ik wandelen meer en meer op prijs te stellen. Er was zelfs een bepaalde periode dat ik iedere avond mijn avondwandeling moest maken, al was het maar om het koppeke effe leeg te maken. Het begon me steeds meer en meer af te gaan. Op een bepaald moment kwamen dan de treinstappers op mijn pad en ik was enthousiast. Zeer enthousiast.
Bij een treinstapper is de start én het einde van een wandeling een treinstation. Zo kan je makkelijk tot bij het vertrekpunt geraken en kan je aan het einde van de wandeling de trein terug opstappen naar huis. Ideaal!
Twee van die treinstappers vertrekken of komen toe in mijn home town. De ene is 23,5km en toch nog nét iets te lang voor mij. De andere is 15,5km. Toen ik de treinstappers voor het eerst ontdekte begin dit jaar, was ik volop aan het sukkelen met mijn knie en enkel. Long story short: blijkbaar werd die pijn veroorzaakt door mijn heupen die niet in evenwicht zijn of iets dergelijks. Soit. De kinesist gaf me de nodige oefeningen die ik braafjes deed, zowel thuis als in de fitness en langzaam maar zeker verdween de pijn weer.
Om te zien of ik nu langere wandelingen aankon, probeerde ik eerst een wandeling die ik zelf uitstippelde waarbij ik wat bossen in de buurt met elkaar verbond. Het werd een avontuurlijke, ietwat modderige wandeling van 11,5km. Aan het einde van de wandeling had ik het gevoel dat ik eigenlijk nog wel een paar kilometer kon wandelen. Dus wierp ik een blik op het weerbericht en zag ik dat ze een week later een prachtige nazomer gaven. Perfect!
Van Eppegem langs Elewijt en Perk
Donderdag trok ik mijn wandelschoenen aan en zakte ik met de trein af naar Eppegem, wat blijkbaar het epicentrum is voor treinstappers. Het plan was om de treinstapper in de omgekeerde richting af te leggen, want dan zou ik meteen in mijn home town uitkomen en thuis in de zetel kunnen ploffen. Het Vriendje stond op standby voor moest er iets gebeuren onderweg.
Ik kwam rond 10u aan in Eppegem en begon meteen aan mijn weg. Al snel kwam ik tussen de velden en hoewel het er mooi wandelen was, kon ik maar aan één ding denken: ik moest plassen. En dringend. Even overwoog ik een maïsveld in te duiken en daar mijn gevoeg te doen, maar de boeren waren serieus aan het boeren op die mooie nazomerdag.
Dus wandelde ik verder en kwam uiteindelijk in een klein bos terecht. Uit het zicht van de boeren, achter een omgevallen boom, kon ik mijn blaas ledigen (aaaah). Daarna kon ik met een leeg hoofd én een lege blaas verder. Ik zweer het, mannen hebben het op dat vlak toch een pak makkelijker. Soit. Wildplassen. Altijd een avontuur.
De route bracht me verder langs het Rubenskasteel. Ik had gehoopt dat ik snel even mijn hoofd kon binnensteken, maar alle poorten waren helaas gesloten. Gelukkig heb ik het domein al een keertje bezocht in het verleden, dus ik had het allemaal al eens gezien. Ik liet het kasteel rechts liggen en wandelde verder langs de kerk van Elewijt. Grappig om daar te wandelen, want het is een plek waar we al veel met de auto langsgereden zijn onderweg naar de zoo van Planckendael.
Even later kwam ik in de prachtige Elewijtse natuur terecht en werd ik meteen aangesproken door de juf die met haar klasje kleuters in een veld stond. “Misschien heeft mevrouw wel een schat gezien?”. Ik had inderdaad een piratenvlag gezien met wat chocolademunten erbij, maar… waar had ik die ook weeral gezien? Ik hield mij even van de domme hoewel ik de schat maar al te goed wist liggen. Op het bruggetje waar ik net over was gewandeld. De juf liet de kinderen het veld in lopen, helemaal de andere kant uit van het bruggetje en de schat. Ik vermoed dat er die nacht heel wat kleuters bijzonder goed hebben geslapen na die activiteit.
Daarna wandelde ik langs bossen en velden. Ik kwam helaas geen zwaaiende kleuters meer tegen of goedgemutste joggers of oudere koppels die hun hond uit lieten. Rond de 8km stuurde ik een bericht naar Het Vriendje. Ergens vanop een veldweg die eeuwig leek te duren. Gewoon om hem te laten weten dat ik halverwege was. In de verte zag ik de vliegtuigen al opstijgen. Gelukkig bleek er na die veldweg weer wat mooiere stukjes natuur te komen.
Stiekem had ik gehoopt dat de weg langs Kasteel de Ribaucourt zou leiden, want ik zag de pieken in de verte. Maar helaas. Het is een plek die ik al vaak vanuit de auto heb gezien, maar daar stopt het ook. Ik wandelde wel heel lang op wat later de Ribaucourtdreef bleek te zijn, een heel mooi pad langs kleine watertjes waar heel wat insecten hun ding aan het doen waren. En een kleine kikker aan het nippertje aan mijn wandelschoen wist te ontsnappen. Oef.
De laatste loodjes
Eens ik de Haachtsesteenweg was overgestoken, wist ik dat het moeilijkste nog moest komen: opnieuw eindeloze velden in de brandende middagzon. Ik nam dus een korte pauze om iets kleins te eten en wat te drinken. De enkel begon tegen dan een beetje te zeuren en ik had een vermoeden dat er een blein aan het ontstaan was op mijn rechtervoet. Maar de blaas liet gelukkig niet meer van zich horen. Dat was het belangrijkste.
Die laatste kilometers bleken inderdaad de moeilijkste te zijn. Ik wist dat ik op een bepaald moment een bankje zou kruisen en even heb ik getwijfeld om er een langere pauze te nemen. Alleen was het pal in een veld en was de zon genadeloos aan het branden. Had ik mij daar langer dan vijf minuten neer gezet, dan was ik waarschijnlijk helemaal verbrand en daar had ik niet bepaald veel zin in. Ik kan mij nog zo goed insmeren, in zulke omstandigheden verbrandt mijn vel binnen de kortste keren. Lang leve rossig zijn.
Dus wandelde ik verder, maar de veldwegen begonnen mijn enkel parten te spelen. Het zijn nochtans veldwegen waar ik vaak ga wandelen. Zo vaak zelfs dat mijn oren al van ver de tractor hoorden aankomen van de boer en ik perfect wist waar ik moest gaan staan om uit zijn weg te gaan zodat hij makkelijk door kon. De losse stenen op de zandwegen en de pijnlijke enkel waren niet de beste combinatie, zo bleek. Na bijna vijftien kilometer liet de enkel nu echt wel van zich horen.
Maar ik zag de watertoren en wist dat het niet meer ver was. Dus beet ik nog even op mijn tanden en zette ik verder. Uiteindelijk wandelde ik onder de tunnel van het station van Kortenberg door, nog even verder, naar huis. Waar ik dus wel degelijk in de zetel plofte en er de rest van de dag niet meer uit kwam. Of zo goed als niet meer uit kwam.
De smaak van de treinstappers te pakken
Uiteindelijk bleek de wandeling 16,6km te zijn geweest en had ik een dikke 22.000 stappen gezet. In totaal was ik 3u30 onderweg geweest, waarvan ik een kwartiertje pauze had genomen.
En hoewel het misschien niet ideaal was voor de enkel, heb ik zoveel voldoening gehaald uit deze wandeling. Net zoals bij de vorige langere wandeling. Ik ontdek opeens stukjes natuur die ik anders nooit zie en hoe je het ook draait of keert, ons belgenlandje is op dat vlak nog niet zo erg. Wegen zoals deze treinstapper doen je even vergeten dat je eigenlijk door een relatief dicht bevolkt gebied wandelt.
Uiteraard was één van de eerste dingen die ik deed toen ik thuis in de zetel zat, de volgende wandeling opzoeken. Want blijkbaar ben ik nu zo iemand die wandelingen opzoekt en uitdoktert. Er zijn nog veel treinstappers die ik wil doen, maar die van 20km zijn nog een beetje te hoog gegrepen (maar never say never), vooral met de enkel die niet helemaal honderd procent is. Maar er ik zag wel al dat ik enkele treinstappers wat kon inkorten door het eindpunt een paar stations eerder te zetten. Of door het vertrekpunt ergens halverwege een route te nemen. Ook een optie natuurlijk.
Dus ongetwijfeld gaan er nog van die treinstappers volgen in de nabije toekomst. Mark my words.
Amai, mooie prestatie! En een mooie wandeling precies. Ga ik onthouden, want dat zou ideaal zijn voor een daguitstapje vanuit Antwerpen, met de trein.
[…] Vaak trok ik het aan om een avondwandeling te maken en ook tijdens mijn langere wandelingen zoals de treinstapper van vorige week, droeg ik iedere keer opnieuw dat ene shortje. Of het tweede paar dat ik intussen kocht. Exact […]