Week 3 van NaNoWriMo zit er intussen ook weer op en ja, het gaat nog altijd. Ik ben nog altijd goed op weg om de challenge tot een goed einde te brengen, maar het begint door te wegen.
Post-NaNoWriMo to-do lijstje
Ik zei het al in een vorige NaNoWriMo check-in: 1666 woorden iedere dag schrijven komt neer op anderhalf à twee uur schrijven. Dat wil zeggen dat er eigenlijk bijna geen vrije tijd meer overblijft voor andere dingen.
Ik heb dat geaccepteerd, maar ik ben intussen een lijst aan het bijhouden met wat ik allemaal wil doen eens november er op zit. Er zijn kerstkadootjes die ik wil maken, ik heb een paar graphic novels klaarliggen die ik wil verslinden, ik wil aan een nieuw videospel beginnen en er staan nog een aantal wandelingen op de planning. En de lijst met (kerst)films en reeksen die ik nog wil kijken, wordt met de dag langer. Om nog maar te zwijgen over de ideeën die ik allemaal aan het verzamelen ben voor deze blog.
Ik herken dit gevoel heel goed van vroeger tijdens de examenperiodes. Ik wist dat ik daar door moest, maar mijn hoofd was dan altijd bezig met de tienduust andere dingen die ik kon doen in plaats van te studeren. Het gebeurde altijd tijdens zo’n periodes dat ik de beste ingevingen kreeg voor verschillende projecten (Kleintje is bijvoorbeeld ontstaan tijdens een examenperiode). Lange tijd focussen op één project, dat werkt gewoon niet goed voor mij. Mijn brein heeft soms ook wat andere prikkels nodig.
Dus ja, ik ben aan het aftellen. Ik weet exact hoeveel woorden ik nog moet schrijven en ik kan je perfect zeggen hoeveel dagen er nog zijn in de maand november. Het is dus serieus doorbijten.
Afgelopen weekend was er ook even een klein paniekske toen ik me bedacht dat ik nog twintigduizend woorden moest schrijven en ik precies al alles had geschreven wat ik moest schrijven. Ik was aan één van de laatste hoofdstukken aan het werken en misschien dat ik daardoor het gevoel kreeg dat ik al klaar was, maar die paniek was dus helemaal niet gegrond. Er zit nog een heel stuk in het midden dat moet uitgewerkt worden. Er moeten nog een paar cruciale scènes geschreven worden en er zijn nog overgangen en koppelingen tussen verschillende hoofdstukken die moeten uitgewerkt worden.
Ik ben er nog niet. Nog lang niet.
Lezen en laten lezen
Afgelopen week begon het ook te kriebelen om het verhaal dat ik nu heb al eens door te lezen. Dat heb ik wijselijk niet gedaan, want anders zou ik waarschijnlijk volledig tilt slaan. Ik schrijf graag en ik schrijf veel, maar de laatste jaren heb ik nauwelijks fictie geschreven. Over mijn blogberichten en nieuwsbrief krijg ik regelmatig complimentjes, maar fictie is toch een heel ander paar mouwen. Dus het verhaal zelf lezen, doe ik ooit wel een keertje, maar niet nu, anders gaat mijn imposter syndroom mij helemaal tilt doen slaan en daar is het nu niet de moment voor. Nope.
Intussen heb ik ook de vraag gekregen van een vriendin of ze het verhaal eens mocht lezen. Ha! Ha! Dat is nog niet voor meteen. Om niet te zeggen nooit. Ha!
Sowieso zijn het nu losse hoofdstukken die ik nog aan elkaar moet rijgen. Er ontbreken nog belangrijke scènes. Om nog maar te zwijgen over alle vreemde zinsconstructies en schrijffouten die ik nog niet verbeter omdat NaNoWriMo aankomt op schrijven schrijven schrijven. Zo zag ik ergens de zin “Vanuit mijn ogen keek ik even naar hem”. Meestal kijk je inderdaad met je ogen. Het is nogal moeilijk om te doen met je mond of oren of zo. Ahum. Die zin heb ik snel aangepast, maar het grote verbeterwerk is voor later.
Maar dan nog… Ik weet niet wat ik met dit verhaal ga doen eens het ‘af’ is. Met de vorige verhalen heb ik uiteindelijk ook bijzonder weinig gedaan. Eéntje is voor een deel te lezen op Wattpad, maar dat is het ook. Er zijn geen ambities om dit verhaal te uit te geven, noch via een uitgever, noch in eigen beheer. Ik wil het gewoon schrijven en uit mijn systeem krijgen momenteel.
Bon. Nog één week en dan zit het er alweer op.
Ik bewonder je doorzettingsvermogen! Schrijf ze nog 😊
Publiceren op deze blog? 😉
Heel veel succes nog met de laatste paar dagen!