Ode aan het shortje

Ode aan het shortje

Vorig jaar toen de eerste warme dagen werden aangekondigd, besloot ik toch maar een shortje te kopen voor in de fitness. De plaatselijke fitness is namelijk niet voorzien van een airco. Er zijn enkele ventilators, maar dan nog is het nóg meer zweten en puffen dan anders als het wat warmer wordt.

Ik paste verschillende sportshortjes en aanverwanten om uiteindelijk te kiezen voor de biker short van de H&M. I know, fast fashion en al, maar het zat nu eenmaal het beste en ik zie mezelf niet meteen dit soort kledingstuk naaien.

De eerste keren dat ik het aandeed, voelde ik me nogal ongemakkelijk. Ik heb niet de mooiste benen. Ze zijn niet rank en slank of sterk afgelijnd. Laat staan dat ze lang zijn. Ze zijn kort en stevig. En wit. Oh zo wit. Doorgaans maak ik me er niet al te veel zorgen om, maar als je je zoontje moet afzetten in zo’n kort shortje omdat je daarna rechtstreeks doorgaat naar de fitness… Sja. Dan sta je toch even stil bij die twee bijzonder witte melkflessen die ik mijn benen noemen.

Maar het shortje en ik, wij begonnen steeds betere en betere vrienden te worden. Ik merkte al snel dat de legging die ik anders droeg ervoor zorgde dat ik oververhitte in de fitness (hallo, mijn naam is Kathleen en ik oververhit nogal snel). Nu de warmte makkelijk weg kon langs mijn benen, lukte het mij precies beter om te sporten. Ha! En het shortje was ook bijzonder fijn om tijdens lange wandelingen onder een kleedje of een rokje te dragen.

Deze zomer werd het shortje opnieuw boven gehaald. Er waren iets minder warme dagen dan vorig jaar, maar toch droeg ik het zoveel meer. Vaak trok ik het aan om een avondwandeling te maken en ook tijdens mijn langere wandelingen zoals de treinstapper van vorige week, droeg ik iedere keer opnieuw dat ene shortje. Of het tweede paar dat ik intussen kocht. Exact hetzelfde shortje. En ja, op mijn bovenbenen is een duidelijk zichtbare, bruinere lijn tot waar het shortje komt. Zo vaak werd het intussen buiten gedragen. Mijn benen zijn dan toch niet meer die extreem witte melkflessen die ze vorig jaar waren. Hoppa!

Af en toe krijg ik wel een keer een vreemde blik als ik op wandel ben in mijn shortje. Het is misschien niet de beste wandelbroek volgens de gemiddelde wandelaar, maar het werkt voor mij. Ik vind het leuk om de wind, het natte gras en zelfs de modder tegen mijn benen te voelen. Ik vind het fijn om mijn benen hard te zien werken tijdens een squat of god weet welke andere beenoefening (ik ken de oefeningen, maar vraag me de namen niet). Ik vind het interessant om de vorm van mijn benen te zien veranderen doorheen de afgelopen maanden. Ze zijn nog altijd kort en stevig, maar ze beginnen duidelijk wat afgelijnder te worden door als het wandelen en door die oefeningen waarvan ik de namen niet weet.

Nu de koudere maanden er zitten aan te komen, ga ik weer wat vaker de legging dragen, zowel naar de fitness als tijdens andere wandelingen. Het shortje gaat wat vaker in de kast blijven liggen en stiekem, heel stiekem, ga ik het toch een beetje missen.

1
Love Next Door

Kathleen en haar eerste K-drama

Een paar weken geleden plofte ik neer in mijn gele stoel en wilde ik graag iets kijken op Netflix. Zo gaat dat dan. Netflix zelf stelde Love Next Door voor, een Koreaanse romcom reeks. Aangezien ik niet vies ben van series in andere talen dan Engels, besloot ik het eens nader te bestuderen. Het bleek een miniserie te zijn. Ik zag twee afleveringen van elk een dik uur staan en dacht: “Awel ja, dat kan ik aan,”

Kijk, als ik moet kiezen tussen series of films, dan zal ik eerder voor een film dan voor een serie kiezen. Dat is net zoals bij boeken. Ik lees liever een stand alone dan een trilogie. Uiteraard moet je kwaliteit boven kwantiteit kiezen, maar ik verslind gewoon graag veel verhalen. Het is makkelijker om veel te verslinden als je geen grote tijdsinvestering moet maken omdat je acht seizoenen van tien afleveringen moet kijken of drie boeken van vierhonderd pagina’s moeten lezen.

Soit. Laten we het er op houden dat het een persoonlijke voorkeur is.

Na het eerste halfuur van Love Next Door was ik verkocht. De humor, de onderlinge relaties (niet alleen tussen de hoofdpersonages, maar ook de nevenpersonages), de dialogen, de vonk tussen de twee hoofdpersonages,… Het bleek helemaal mijn ding te zijn. In tegenstelling tot heel wat andere romcoms die ik had gezien, werd er tijd genomen om alles te laten groeien en bloeien. Het was een frisse wind voor mij in het romcomlandschap. Ik mis het soms om personages geleidelijk aan naar elkaar te zien toe groeien, om ze langzaam verliefd te zien worden terwijl het alledaagse leven ook een plekje krijgt.

Alleen was er niet echt een einde aan die tweede aflevering van die miniserie en bleef ik een beetje verward achter. Was dat het nu? Dat leek niet helemaal te kloppen.

Mijn goede vriend Google wist me te vertellen dat er na deze twee afleveringen nog heel wat meer afleveringen zouden volgen, want zo werkte dat met K-drama’s. Jawel. Ik was op mijn eerste K-drama (Koreaanse drama) gestoten. En die zijn vaak zeer uitgebreid, zo blijkt. Ze bestaan uit twaalf à zestien afleveringen die elk een uur à anderhalf uur duren. Jawel. Iedere week op zaterdag en zondag zou er een nieuwe aflevering verschijnen op Netflix en dat tot begin oktober.

Heel even overwoog ik het gewoon bij die eerste twee afleveringen te houden, maar ik was verkocht. Ik kon het nu niet meer loslaten. Ik wilde weten hoe het verder ging met de personages waarvan ik de naam eigenlijk niet kon uitspreken. Omdat ik nog een week moest wachten tot de volgende aflevering (zo old school), besloot ik een ander K-drama uit te zoeken, want blijkbaar staat Netflix vol met Koreaanse series in alle mogelijke genres: thrillers, historisch, romcoms,… You name it.

Het werd Business Proposal, ook een romcom, en al snel werd duidelijk dat het misschien maar beter was dat niet alle afleveringen van Love Next Door meteen beschikbaar waren. Ik keek op vijf dagen tijd Business Proposal uit, goed voor zo’n twaalf uur kijkplezier. Jikes. Veel andere dingen werden er die week ‘s avonds dan ook niet meer gedaan. Oeps.

Maar het bevestigde wel wat ik eerder ook had opgemerkt bij Love Next Door. Net omdat de afleveringen zo lang zijn, is er tijd om veel dieper in te gaan op onderlinge relaties tussen verschillende personages en krijgen nevenpersonages ook een uitgewerkte verhaallijn. Daardoor voelen ze veel echter aan en leef je des te harder met hen mee. Heel het verhaal kabbelt lekker verder en het feit dat het allemaal in het Koreaans is, zorgt dat ik mij moet focussen op de ondertitels (ik durf wel eens met andere dingen bezig zijn terwijl ik “televisie kijk”). Het zijn verhalen die op een heel ander tempo verteld worden dan wat ik anders gewend ben en het ligt me wel.

Om maar te zeggen: ik keek voor het eerst een K-drama en het zal zeker en vast niet mijn laatste zijn. Intussen heb ik een lijst opgesteld met de beste K-drama’s op Netflix, maar wetende dat ze best wel een tijdsinvestering zijn, ga ik er pas een nieuwe beginnen als Love Next Door gedaan is. Anders ben ik binnenkort voltijds K-drama kijker en dat is natuurlijk ook weer niet de bedoeling. Iets over zelfkennis en het begin van alle wijsheid en zo.

0
zombiezuurdesem

De zombiezuurdesem

In 2020 miste ik de zuurdesemtrein helemaal, maar als liefhebber van brood, stond een zuurdesem starten bijzonder hoog op mijn lijstje. Vorig jaar kreeg ik voor mijn verjaardag een starterskit om zuurdesem mee te maken. Er zat een gedroogde desem bij die ik terug tot leven moest brengen samen met heel wat toebehoren. Uiteraard zaten de nodige instructies er ook bij. En zo geschiedde. De zuurdesem kwam tot leven en werd Florence gedoopt.

In het begin werden er regelmatig broden gebakken en werd Florence goed verzorgd. Ze kreeg een paar keer per maand een voeding, maar bracht best wel wat tijd door in de koelkast tussen de voedingen door. Na verloop van tijd kwamen er steeds meer dingen voor haar te staan: een pot confituur, een bus mayonaise, een bakje restjes,… Als het op de koelkast aankomt, dan geldt “uit het oog, uit het hart” hier ten huize Verbeelding, vrees ik, en dan vooral bij mij. Het was niet dat ik Florence vergat. Af en toe ving ik een glimps van haar op, maar ik was er gewoon niet meer mee bezig.

Tot we onlangs de koelkast gingen uitmesten. Florence werd van achter die pot confituur en bus mayonaise gehaald. Ik zag meteen dat het niet goed ging met haar. Er stond een dikke laag donkerbruin vocht bovenop de zuurdesem en er was wat schimmel aan het vormen. Noooooeesss! RIP Florence. Het vocht zou op zich niet zo erg mogen zijn, dat is teken dat de desem honger heeft, maar schimmel is nefast. Ik vermoed dat de pot die ik had gebruikt toch niet helemaal luchtdicht was.

Maar van achter twee potten yoghurt en een flesje bier kwam nog een pot met daarin een zuurdesemmengsel. In een niet zo ver verleden had ik hierin discards bewaard. Als je je zuurdesem voedt, doe je een deel daarvan weg zodat je niet met een gigahoeveelheid zuurdesem komt te zitten. Dat is je discard. Die discard, restjes, overschot, hoe je het ook wil noemen, is evenzeer actieve zuurdesem en kan je dus gebruiken om mee te bakken. Daarmee dat ik het bijhield. En toen weer vergat. Je weet wel: uit het oog, uit het hart.

Op het zuurdesemmengsel in deze pot stond een klein laagje lichtbruine vloeistof, maar geen schimmel. Al die restjes had ik verzameld in een luchtdichte Weckpot. Ik zette de pot bij de afwas zodat ik het uiteindelijk zou afwassen, maar toen ik enkele uren later aan dat taakje wilde beginnen, zag ik kleine bubbels in het mengsel verschijnen. Say what?! Zat er nog leven in die zuurdesemrestjes?! Toen ik de pot opende, rook ik meteen de bekende desemgeur en geen funky geurtje zoals ik wel had verwacht.

Mijn hart maakte een klein sprongetje en ik besloot te proberen om de zuurdesem opnieuw tot leven te brengen.

De afgelopen dagen ben ik de starter dus aan het voeden om hem terug sterker te maken. En so far, so good. Langzaam maar zeker begint er terug wat meer leven in te komen. De bubbels zijn zichtbaarder, de consistentie wordt terug zoals ik die kende van vorig jaar,… Hij is nog niet aan het verdubbelen, maar wel al aan het vermeerderen in volume. Nog heel even en ik kan er terug de lekkerste broden mee bakken.

De vraag is dan alleen: is dit nog altijd Florence of moet ik een nieuwe naam verzinnen voor deze zombiezuurdesem?

2