Hoeveel dubbelgangers heb ik?

Hoeveel dubbelgangers heb ik?!

Het is je vast al een keer overkomen dat mensen zeggen dat ze je van ergens kennen, maar niet meteen kunnen plaatsen waar. Soms kan het dan dat je na lang nadenken en brainstormen ontdekt dat jullie ooit in hetzelfde gebouw hebben gewerkt, maar bij andere bedrijven op verschillende verdiepingen (been there, done that, hield er een fijne freelance collega aan over). Andere keren kom je er maar niet uit.

Dat laatste gebeurde onlangs op het Sinterklaasfeest op het werk van Het Vriendje. Na een toneelvoorstelling zaten we met z’n allen in de cafetaria te wachten tot de Goedheiligman de naam van onze kroosten zou roepen, zodat zij een kadootje in ontvangst konden nemen. Een collega van Het Vriendje liet weten dat ze me kende van bij de KBC. Daar heb ik van mijn leven niet gewerkt, dus liet ik haar dat ook weten.

Ze zat net als ik in het UI/UX wereldje dus probeerden we het via die weg te vinden, maar ver kwamen we helaas niet. We zijn er nooit uitgeraakt, want uiteindelijk werden haar dochters bij de Sint geroepen en daarna ging alle aandacht terecht naar het leuks dat ze hadden gekregen.

Gisteren kwam ik terug van een korte wandeling in de buurt. In de verte zag ik een oudere vrouw mijn richting uitkomen. Ze hield halt op de hoek van de straat en leek op me te wachten. Ik herkende haar niet, dus dacht dat ik voor de zoveelste keer in mijn leven de weg zou mogen uitleggen (menselijke Google Maps ter uwer dienst). Maar toen ik dichterbij kwam, zei de vrouw: “Oei, ik ben abuis, ik dacht dat je Rita was,”

Ik lachte dat ik Rita helaas niet was, waarop de vrouw zich omdraaide en verder wandelde. Kijk, missen is menselijk. Maar het was de tweede keer op korte tijd dat iemand me aanzag als iemand anders. En daardoor vraag ik me nu dus af hoeveel dubbelgangers ik heb?! Hoeveel mensen lijken zo hard op mij dat iemand anders denkt dat ik ze ben? Ik dacht altijd dat ik niet het meest doorsnee uiterlijk had, maar blijkbaar moet ik het verkeerd hebben en zijn er dertien in een dozijn zoals mij.

En ja, ik heb mijn vraag intussen ook verder onderzocht. Blijkbaar heeft iedere mens ongeveer zes, misschien zelfs zeven dubbelgangers. Ik ben geen held in kansberekening, maar ik denk dat de kans eerder klein is als die alle zeven in Vlaams-Brabant wonen, toch?

Soit. We zullen het er op houden dat de oudere vrouw haar bril niet op had en dat de collega van Het Vriendje misschien een tikkeltje te lang rechtstreeks in een spot van het toneelgezelschap had gekeken. Of zo.

Nieuwe theorie: wat als Rita bij de KBC werkt en de collega van Het Vriendje mij daardoor herkent? 🤪

0
NaNoWriMo

NaNoWriMo // Week 4 Check-In

Gisteren was het de laatste dag van november en dat wil dus ook zeggen dat het de laatste dag van NaNoWriMo2024 was. Uiteraard is de vraag dan of ik het gehaald heb of niet. Laat ons zeggen dat ik serieus op de proef werd gesteld met een zieke zoon en weinig slaap, maar het is gelukt, beste lezer. Het is gelukt.

Inhaalbewegingen met een slaaptekort

Het Vriendje was twee weken geleden stevig verkouden. Het Meneertje begon de nacht van zaterdag op zondag serieus te hoesten en dan uiteraard vooral ‘s nachts. Hij sleepte zich wel door zijn dagen, maar het hoesten bleef vooral ‘s nachts de kop opsteken. En steevast om 5u45 begon zijn ochtendlijk kuchconcert. Ik sliep dus een pak minder dan wat voor mij ideaal is en ik merkte dat het slaaptekort ervoor zorgde dat het schrijven een pak minder vlot ging.

Zelf heb ik een paar dagen het gevoel gehad dat ik die verkoudheid ook te pakken had, maar dan brak ze toch niet helemaal door. Het was wat af en aan. Het kan ook zijn dat het slaaptekort er voor iets tussen zat. Om maar te zeggen, ik voelde me niet altijd honderd procent en dat was niet bepaald ideaal.

Vooral niet toen bleek dat ik een serieuze inhaalbeweging moest doen na het vorige weekend (dus niet dit weekend, maar het weekend van 21.11 – 23.11). Vrijdag had Het Vriendje een vrije dag en trokken we samen naar Leuven. Toen we terug kwamen, moesten de zakken van Het Meneertje gemaakt worden, want die ging naar zijn eerste overnachting van dit jaar met de scouts. Het was even pure chaos. Dus die avond plofte ik uitgeput in de zetel en keek ik samen met Het Vriendje een filmn. Zaterdag was ik op stap met vriendinnen waardoor ik een hele dag niet in de buurt van mijn computer kwam. Daardoor moest ik op zondag een kleine 5.000 woorden in één keer schrijven. Ahum.

Het lukte me om zondag 2.600 woorden te schrijven en maandag was het gelukkig allemaal wat rustiger, dus kon ik net iets meer dan 3.500 woorden schrijven. Het was even doorbijten en ik heb zoveel onzin geschreven en zoveel fillerwoorden gebruikt, maar kijk. Het zorgde ervoor dat ik terug op schema zat. Hoera!

Gisteren schreef ik mijn laatste woorden en klokte ik af op 50.081 woorden. Goed voor 274.857 tekens (inclusief spaties) en zo’n 98 A4’tjes geschreven in Arial font size 11.

What’s next?

Ik heb mijn 50.000 woorden gehaald en het verhaal staat er, maar er is nog serieus wat werk aan de winkel. Aangezien ik nooit heb nagelezen, staan er kemels van fouten in. Daarnaast zijn er verschillende scènes die serieus bijgeschaafd moeten worden. Er zitten plot holes van hier tot in Tokyo in én het einde is niet wat ik zou willen dat het is. Plus er zijn een aantal scènes die ik gewoon nog niet uitgewerkt heb. Sja. Kijk.

Dus ik denk dat ik de komende week (twee weken?) even het verhaal aan de kant leg en het allemaal even laat bezinken. Daarna kan ik het er opnieuw bij nemen en helemaal doorlezen. En cringen om wat ik heb geschreven. Zo hard cringen. Jikes. Aangezien ik in Google Docs heb geschreven, ga ik daar dan de nodige reacties en annotaties aan toevoegen of meteen al dingen verbeteren. Er zijn op YouTube best wel wat video’s te vinden van hoe je je eigen verhaal moet redigeren, dus daar ga ik me ook wat verder in verdiepen.

Eens dat achter de rug is, wil ik op zoek gaan naar een paar alfa- en beta-lezers. Alfa-lezers krijgen mijn verhaal te lezen zoals het is, maar de bedoeling is dan ook dat ze feedback geven waarmee ik dan aan de slag kan gaan. Beta-lezers krijgen dan de hopelijk finale versie van het verhaal te lezen.

En daarna? Goh ja. Dat zullen we dan wel zien. Aan het tempo waaraan ik soms projecten finetune kan het nog jaren duren voor ik het verhaal zelfs kan voorschotelen aan een groep beta-lezers. Ha!

Ik ben blij dat november achter de rug is en dat er nu terug wat tijd is voor andere creatieve uitspattingen. Maar ik ben ook ontzettend blij dat ik werk heb gemaakt van dit verhaal. De kans dat het ooit nog een keer zo rustig is als deze november (neem dat gerust met een korrel zout, want pfoeh) en dat ik nog eens zo op mijn gemak zou kunnen schrijven, is eerder klein. Dus ik ben blij dat ik ervoor ben gegaan en dat ik het tot een goed einde heb weten te brengen.

Speekselmedaille voor mezelf en al.

0
NaNoWriMo

NaNoWriMo // Week 3 check-in

Week 3 van NaNoWriMo zit er intussen ook weer op en ja, het gaat nog altijd. Ik ben nog altijd goed op weg om de challenge tot een goed einde te brengen, maar het begint door te wegen.

Post-NaNoWriMo to-do lijstje

Ik zei het al in een vorige NaNoWriMo check-in: 1666 woorden iedere dag schrijven komt neer op anderhalf à twee uur schrijven. Dat wil zeggen dat er eigenlijk bijna geen vrije tijd meer overblijft voor andere dingen.

Ik heb dat geaccepteerd, maar ik ben intussen een lijst aan het bijhouden met wat ik allemaal wil doen eens november er op zit. Er zijn kerstkadootjes die ik wil maken, ik heb een paar graphic novels klaarliggen die ik wil verslinden, ik wil aan een nieuw videospel beginnen en er staan nog een aantal wandelingen op de planning. En de lijst met (kerst)films en reeksen die ik nog wil kijken, wordt met de dag langer. Om nog maar te zwijgen over de ideeën die ik allemaal aan het verzamelen ben voor deze blog.

Ik herken dit gevoel heel goed van vroeger tijdens de examenperiodes. Ik wist dat ik daar door moest, maar mijn hoofd was dan altijd bezig met de tienduust andere dingen die ik kon doen in plaats van te studeren. Het gebeurde altijd tijdens zo’n periodes dat ik de beste ingevingen kreeg voor verschillende projecten (Kleintje is bijvoorbeeld ontstaan tijdens een examenperiode). Lange tijd focussen op één project, dat werkt gewoon niet goed voor mij. Mijn brein heeft soms ook wat andere prikkels nodig.

Dus ja, ik ben aan het aftellen. Ik weet exact hoeveel woorden ik nog moet schrijven en ik kan je perfect zeggen hoeveel dagen er nog zijn in de maand november. Het is dus serieus doorbijten.

Afgelopen weekend was er ook even een klein paniekske toen ik me bedacht dat ik nog twintigduizend woorden moest schrijven en ik precies al alles had geschreven wat ik moest schrijven. Ik was aan één van de laatste hoofdstukken aan het werken en misschien dat ik daardoor het gevoel kreeg dat ik al klaar was, maar die paniek was dus helemaal niet gegrond. Er zit nog een heel stuk in het midden dat moet uitgewerkt worden. Er moeten nog een paar cruciale scènes geschreven worden en er zijn nog overgangen en koppelingen tussen verschillende hoofdstukken die moeten uitgewerkt worden.

Ik ben er nog niet. Nog lang niet.

Lezen en laten lezen

Afgelopen week begon het ook te kriebelen om het verhaal dat ik nu heb al eens door te lezen. Dat heb ik wijselijk niet gedaan, want anders zou ik waarschijnlijk volledig tilt slaan. Ik schrijf graag en ik schrijf veel, maar de laatste jaren heb ik nauwelijks fictie geschreven. Over mijn blogberichten en nieuwsbrief krijg ik regelmatig complimentjes, maar fictie is toch een heel ander paar mouwen. Dus het verhaal zelf lezen, doe ik ooit wel een keertje, maar niet nu, anders gaat mijn imposter syndroom mij helemaal tilt doen slaan en daar is het nu niet de moment voor. Nope.

Intussen heb ik ook de vraag gekregen van een vriendin of ze het verhaal eens mocht lezen. Ha! Ha! Dat is nog niet voor meteen. Om niet te zeggen nooit. Ha!

Sowieso zijn het nu losse hoofdstukken die ik nog aan elkaar moet rijgen. Er ontbreken nog belangrijke scènes. Om nog maar te zwijgen over alle vreemde zinsconstructies en schrijffouten die ik nog niet verbeter omdat NaNoWriMo aankomt op schrijven schrijven schrijven. Zo zag ik ergens de zin “Vanuit mijn ogen keek ik even naar hem”. Meestal kijk je inderdaad met je ogen. Het is nogal moeilijk om te doen met je mond of oren of zo. Ahum. Die zin heb ik snel aangepast, maar het grote verbeterwerk is voor later.

Maar dan nog… Ik weet niet wat ik met dit verhaal ga doen eens het ‘af’ is. Met de vorige verhalen heb ik uiteindelijk ook bijzonder weinig gedaan. Eéntje is voor een deel te lezen op Wattpad, maar dat is het ook. Er zijn geen ambities om dit verhaal te uit te geven, noch via een uitgever, noch in eigen beheer. Ik wil het gewoon schrijven en uit mijn systeem krijgen momenteel.

Bon. Nog één week en dan zit het er alweer op.

0