Een tijdje geleden begon ik mijn bureau wat te ontrommelen. Het is een verzamelplek voor van alles en nog wat: hobbyspullen, werkspullen, boeken, de dozen met platen van Het Vriendje,… Op een bepaald moment dook ik een aantal katoentjes op die een Amerikaanse vriendin me jaren geleden had opgestuurd. Eén van die stofjes was voorzien van kleurrijke indianententen.
Het Meneertje is een vaste bezoeker in mijn bureau. Hij vindt het geweldig om aan de slag te mogen gaan met mijn knutselmateriaal. Natuurlijk zijn bepaalde zaken off limits, maar hij weet intussen heel goed met welke stiften en potloden hij mag tekenen en komt dan maar al te graag bij mij op de schoot zitten om samen iets te maken. De rondslingerende stofjes vindt hij ook fascinerend, vooral nu hij begint door te hebben dat ik daaruit dingen kan maken voor hem. Een paar maanden geleden was het nog hevig protest toen ik t-shirts voor hem maakte. Nu is het hevig protest als ik zeg dat ik iets voor een ander kindje ga maken. Yup.
Dat stofje met die kleurrijke indianententen, dat trok meteen zijn aandacht en hij was verkocht. “Hiermee moet je iets maken voor mij” klonk het. Ik besloot dat ik eerst een ander project (een trui) voor hem wilde afwerken en dat ik dan wel iets voor hem zou maken uit dat katoentje. Toen hij later opnieuw in mijn bureau kwam, vroeg hij er opnieuw naar.
“Wat dacht je van een kussensloop?” vroeg ik hem. Heel veel stof was het niet. Misschien net genoeg om een hemdje uit te krijgen voor hem, maar Het Meneertje draagt eigenlijk niet echt hemdjes. Zijn hoofdkussen daarentegen, dat is zijn grote liefde. Volgens mij is het iets genetisch, want Het Vriendje heeft ook een zeer intense relatie met zijn hoofdkussen. Als we op reis gaan, dan moet dat mee, want andere kussens deugen niet. Een kussensloop voor zijn geliefde kussen zag Het Meneertje helemaal zitten.
Zaterdagavond begon ik er aan. Ik gebruikte een andere kussensloop als voorbeeld. En je zou denken: “Oh, een kussensloop, dat zijn twee rechthoeken aan elkaar naaien. Lekker makkelijk!”. Nee. Nope. Uiteraard ging het allemaal niet zo eenvoudig. Ik maakte de ene beginnersfout na de andere. Zo naaide ik de achterkant, waar ik een flap in maakte om het kussen in de kussensloop te houden, binnenstebuiten waardoor de flap uiteraard aan de buitenkant zat in plaats van aan de binnenkant. Ik vloekte. Meerdere malen. En ik vroeg me af hoe het kwam dat ik zoiets eenvoudigs niet kon naaien en hoe het kwam dat het er zo slecht uit zag. Want amaai, moest een fabriekswerker zo’n kussensloop afleveren, hij/zij zou ongetwijfeld niet betaald worden en zonder eten naar bed gestuurd worden. Of zoiets. Het was echt… erg. Geloof me vrij.
Maar de kussensloop geraakte af en voor ik ging slapen, deed ik hem even om mijn eigen kussen om te zien of er ook geen fouten waren geslopen in mijn opmetingen. Gelukkig niet. Oef. Vervolgens plooide ik de sloop op en legde hem op het nachtkastje.
De volgende ochtend kwam Het Meneertje onze kamer in en na een sessie kerstliedjes (yup, nog altijd), spotte hij de kussensloop op mijn nachtkastje. Na een verbaasde “Wadisdat?”, spurtte hij naar zijn eigen kamer om zijn kussen te gaan halen, trok hij de kussensloop van zijn kussen en moest de nieuwe kussensloop zo snel mogelijk rond zijn kussen. Of mijn kind enthousiast is over zijn nieuwe kussensloop? Dat zou je wel kunnen zeggen, ja. Vandaar dat ik er ook geen foto van kon nemen zonder kreuken er in. Het ding werd gewoon meteen in gebruik genomen. Sja. Kijk.
En dan vraagt hij nu achter een groene broek met paarse glitter. Eens benieuwd hoe dat avontuur gaat aflopen. Ahum.
2